Toen de vader dreigde om hem flink te straffen antwoordde zijn zoon; ‘goed ik ga wel zitten als je maar weet dat ik van binnen sta’. Ondanks het afgedwongen ‘ga zitten’ voelde het kind zich van binnen vrij om te gaan staan. Zo maar een verhaaltje?
“Was de HERE niet steeds bij ons” *. “Zo volgen onze ogen de HEER, onze God, tot Hij ons genadig wil zijn” **
Dit verhaal doet mij aan ‘machten’ denken, die de heerschappij over ons willen uitoefenen. Machten die ons dwingen om anders te leven, zonder ‘De vrijheid’ die zegt dat wij werkelijk VRIJ zijn. De oorzaken hiervoor kunnen heel divers zijn. Ziekte, handicap, verslavingen, gevangenschap of onze zonden. Dit alles bepaalt voor het overgrote deel hoe ons leven eruit ziet. Zo gaan veel mensen gebukt onder situaties waarvoor ze niet, of maar heel moeilijk weg kunnen vluchten. De gebrokenheid van onze schepping daar kan niemand zich aan onttrekken. Ieder krijgt op de of andere manier hier mee te maken. Wie dit onderschat zal slachtoffer blijven zonder te weten wat echte vrijheid betekent.
“Was de HERE niet steeds bij ons, toen wij werden aangevallen door vreemde mensen? Zij hadden ons wel levend kunnen verslinden, toen zij in hun woede op ons afkwamen” *.
Wat is dan het voorbeeld van die jongen een geweldige uitdaging, had hij begrepen wat de waarheid van echte vrijheid inhield. Wist hij wat het betekende om te leven in de vrijheid van Gods genade? Je kunt een zware last te dragen hebben wat je terneer drukt en je van alle vrijheid beroven. Het kan je zo in de greep krijgen dat je normale bestaan verandert in een hoop-loos leven, zonder dat jij het weet. Zo slim is de vijand, daarom hebben we iets nodig dat alleen bij God verkrijgbaar is.
“Ik geef u de raad goud van Mij te kopen dat in het vuur gezuiverd is; dan pas zult u rijk worden. En koop witte kleren van Mij, zodat u niet naakt bent en u niet hoeft te schamen. Koop ook ogenzalf en smeer dat op uw ogen, zodat u kunt zien. Ik ben heel streng voor de mensen die Ik liefheb. Ik straf u net zo lang totdat u niet meer onverschillig bent en tot inkeer komt” ***.
Iedereen heeft geld nodig om te leven. Je kunt je beroemen op het feit dat je rijk bent en dingen maakt en verkoopt waarvan je lux kunt leven. Maar aan het eind van je reis heb je geen Middel tot je beschikking om bij God te leven. Begrijp je dat het nodig is om ‘ogenzalf te kopen’, die het zicht op de werkelijkheid, op wat na dit leven komt laat zien? Materieel kan het je aan niets ontbreken maar je koopt er je vrijheid niet mee, het geeft je geen enkele relatie met God de Vader. Daarom grijpt God in om ons tot inkeer te brengen, om de onverschilligheid uit onze harten weg te bannen. Dat doet Hij net zolang tot wij tot inkeer komen. Want:
“Wij hadden kunnen verdrinken in een woeste rivier. Het kolkende water had zich dan boven ons gesloten” *.
Maar er is een mogelijkheid om ondanks dit alles toch vrij te zijn. En dat is de herinnering aan Jezus Die al onze pijn, verslaving, ziekte en zonde gedragen heeft aan het kruis van Golgotha en de Opstanding van Jezus uit de dood. En de kern van Die Boodschap heeft nog niets aan Kracht verloren. Kijk, het gaat God niet om de straf, daar is Hij niet op uit, maar gebruikt het wel om ons te corrigeren. Om jou en mij te verlossen van die onverschilligheid, van die lauwheid. Dit alles doet Hij liefdevol, want het gaat Hem echt om jou. Nu kun je dit negeren en als een oude krant als ‘oud nieuws’ aan de kant leggen, MAAR:
“Prijs de HERE! Hij liet dat niet toe. Dank zij Hem kregen zij ons niet te pakken” *.
Zie je, God wil als een Vader voor je opkomen, Zijn bemoeienissen zijn niet gericht op jouw ondergang maar op je verlossing. Wil je dit beleven? Dan moet je misschien iets doen wat je eigenlijk nooit van plan was. Of juist die keuze maken die je altijd werd verboden. Mogelijk wordt je dan nagewezen of voor iets uitgemaakt wat niet leuk is om te horen. Maar als dit alles je niets kan schelen, wanneer je dit kunt negeren omdat je weet dat je door je geloof in Jezus Christus hier boven kunt staan, ga dan ook maar eens op die stoel staan en roep het maar uit; ‘Heer ik wil vrij zijn, help mij en heb medelijden met mij’. Laat je ogen maar eens de goedheid en de genade van God zien. Dan zul je beleven, hoe VRIJ jij kunt zijn. WANT:
“Wij ontkwamen, zoals een vogel wegglipt uit het net van de vogelvanger. De valstrik is kapot en wij zijn ontsnapt” *.
* Psalm 123 HB. ** Psalm 124 HB. *** Openbaring 3:18-19 HB.
In Hem verbonden, Fred IJzerman.