Hoofdstuk 1 - Een geestelijke oriëntatie

Wat kan het een zegen zijn, als je mag uit delen van Gods woord van zijn Rijkdom, soms verborgen een andere keer zo helder dat zelfs een kind het kan begrijpen. 

Groten en kleinen, Jezus werd door de heilige Geest met Blijdschap vervuld en legde met nadruk vast dat de ‘Geestelijk waarheid’ voor iedereen was. Maar de rijken deden er geen moeite voor. Kwamen ze in de kerk dan was er een mooie stoel voor hen vooraan vrij gehouden. 

De Bijbel zegt; 

”Op dat moment bracht de Heilige Geest in Jezus een geweldige blijdschap teweeg. Hij sprak: ‘Vader! Heer van hemel en aarde! Dank U wel dat U de waarheid hebt verborgen voor wijzen en geleerden, maar aan kleine kinderen hebt bekendgemaakt. Dank U, Vader, zo hebt U het gewild” Lucas 10:21 HTB.

In Gods Koninkrijk gaat het immers niet om menselijke status of aanzien des persoons. Wat bij Jezus telde was een kinderlijk vertrouwen. Ieder kind van God mag zich bekwamen in de Boodschap van Gods Liefde. Wat Jezus tegen de borst stuitte was dat de rijken een zekere trots uitstraalden, dat ze wijs waren in eigen ogen, dat was die eigenwijze oude mens. Die kon het onderwijs niet verkondigen het was voor hen verborgen zegt Jezus. Ze doen er immers niets voor? 

De kleinen zijn zo ontvankelijk en laten een heel andere houding zien. Die kleinen Vertrouwen op God en niet op hun persoonlijke verdiensten, want dat kennen ze niet. Bij de kleinen is er altijd een sterke hunkering naar de ouders, dat is geestelijk gezien ook zo. De nederige mens, zijn de kleinen, de Bijbel zegt hier dit over: 

“De Here is hoogverheven en ziet vol liefde neer:

  • Op ieder die zich van zijn kleinheid bewust is. 
  • Maar trotse mensen wil Hij niet kennen”.

Psalm 138:6 HTB

Dat is een duidelijke boodschap die door de hele Bijbel heen loopt. Let maar eens op, nederige mensen zullen eerder luisteren en doen wat er gezegd wordt. Maar trotse mensen hebben bijna altijd commentaar, gaan overal tegenin en het is alleen goed als de ander doet wat zij zeggen. Zulke mensen daar Kan God niks mee, tenzij ze zich bekeren en leren luisteren, anders: “Wil God hun niet kennen”. God kijkt heel anders tegen de dingen aan, Hij kijkt niet aan wat voor ogen is. Nee, in Zijn ogen wordt de waarde van jou en mij niet bepaald door wat wij kunnen of bezitten. God kan niks met de sociale klassen die gaan totaal aan Hem voorbij, die wil God niet kennen. Maar de mensen in armoede of de verstotenen, de sociale verschoppelingen die wil God behandelen met grote waardigheid. Hoe waardevol zijn andere mensen in onze ogen? We kunnen hen niet zegenen zoals God dit kan maar wel alles met hen delen waarover wij de beschikking hebben.

”Met onze God, die zo heel laag moet neerzien om te zien wat in de hemel en op aarde gebeurt? Hij helpt kleine mensen opstaan uit het stof en armen tilt Hij op uit de modder” Psalm 113:6-7 HTB.

Ik woon in de hoge, heilige hemel. Ik woon óók bij de mensen die nederig begrijpen dat ze Mij nodig hebben. Bij de mensen die bij Mij terugkomen en Mij voortaan van harte willen gehoorzamen. Hun zal Ik nieuw leven geven” Jesaja 57:15 BB.

Het is zo belangrijk om te weten dat de Heilige God afdaalt naar het niveau van hen die nederig van hart zijn. Zij konden niet opstijgen boven hun aardse bestaan uit om zo zichzelf te redden. Dan zijn Daar ineens de ogen van God;

“Die gaan over de gehele aarde, om krachtig bij te staan hen, wier hart volkomen naar Hem uitgaat” 2 Kronieken 16:9 NBG51.

Sommigen zullen dit als onprettig ervaren. Ze hadden al de mening dat God een soort van politie was. Maar misbruiken ze deze gedachte niet te veel? En is een dergelijke gedachte niet te veel verbonden met een nare opvoeding, een zeer strenge vader? Dus wees voorzichtig om God een dergelijke titel mee te geven. Want Zijn motief om de aarde rond te kijken is positiever dan je denkt. En dat begrijp je nu ook wel, want Gods doel is om zijn kinderen kracht te geven in hun geloof wandel op aarde. Om Zijn leven in ons leven tot uiting te laten komen. Hoe mooi is dit? In welke godsdienst vinden we dit. Laten we dus maar dankbaar zijn dat wij een God kennen die naar ons omziet. Dat motief zien we vaker terug dan we denken, in elke aankondiging dat er een Verlosser geboren zal worden klinkt daar de hoop van omzien naar de gehele mensheid in door. 

“Jesaja zegt: De Geest van de Heer is op mij. 

  • Hij heeft mij met zijn Geest gezalfd om 
  • Goed nieuws te brengen aan nederige mensen. 
  • Hij heeft mij gestuurd om mensen die een 
  • Gebroken hart hebben, te genezen. 
  • Om gevangenen te vertellen dat ze vrij zijn. 
  • Om mensen die vastzitten, uit hun gevangenis te halen

Zie - Jesaja 61:1 BB.

Deze profetie door Jesaja is een prachtige aankondiging van De Komst Van Jezus. Het is zo mooi want de belofte dat Goed nieuws aan nederige mensen, om hun gebroken harten te herstellen en gevangenen en gebonden mensen uit de gevangenis (van de satan) te halen. Hoe zou Jesaja zich gevoeld hebben bij het doorgeven van deze Boodschap aan de mensen van zijn tijd? Waren ze ontvankelijk, verwierpen ze het, of dachten ze, O daar heb je hem ook weer? Neem het maar met een korreltje zout hoor. Die man heeft al zoveel gezegd, maar wat zien we hiervan? Nee, de profeten waren toen en nu niet zo in trek.

 “Jezus zei: ‘Een profeet wordt door iedereen geëerd, maar niet door de mensen uit zijn eigen stad en ook niet door zijn familie” Marcus 6:4 HTB.

Een profeet trok veel mensen maar moest oppassen voor zijn leven. Maar God neemt het op voor hen, lees maar wat Hij zegt;

“Wanneer Hij met spotters te doen heeft, spot Hij zelf, maar de nederigen geeft Hij genade” Spreuken 3:34 NBG51.

“Maar Hij geeft dan ook des te grotere genade. Daarom heet het: God wederstaat de hoogmoedigen, maar de nederigen geeft Hij genade” Jakobus 4:6 NBG51.

“Maar daarom helpt Hij ons daar dan ook bij. Er staat immers in de Boeken: "God is tégen de trotse mensen, maar Hij is goed voor de mensen die Hem willen gehoorzamen” Jacobus 4:6 BB.

Al deze Bijbelverzen ademen eenzelfde Geest uit. Het gaat om de nederige mens, de mens die klein wil zijn. Waarom ik hier zo de nadruk op leg is het feit dat; “God weerstaat de hoogmoedige”. Daar neemt God afstand van omdat Hij met dit type mens Zijn genade niet kan delen. Weerstaan kan ook vertaald worden met ‘Trotseren’. Een krachtig woord dat wil zeggen; ‘geen omgang mee hebben’. 

De kleinen zijn veel toegankelijker dan volwassen mensen. Die rijken slepen zoveel (kerkelijke) ballast met zich mee dat het soms lijkt alsof ze erdoor gevangen zijn genomen. Denk nu niet dat ik de kerken onderuit wil halen nee, ik wil alleen maar wijzen op wat ons zo gemakkelijk in de weg kan staan. We worstelen allemaal met hetzelfde proces, waar Paulus dit van zegt: 

“Liegt niet meer tegen elkander, daar gij de oude mens met zijn praktijken afgelegd, en de nieuwe aangedaan hebt, die vernieuwd wordt tot volle kennis naar het beeld van zijn Schepper” Kolossenzen 3:9-10 NBG51.

Die oude trotse mens heeft het altijd voor het zeggen gehad in ons leven, want die heeft een hoogmoedig karakter. Die is onverzadigbaar, eist altijd meer dan wij kunnen geven. Dit kan behoorlijk bij je binnenkomen vooral wanneer je hier nog nooit mee bezig bent geweest. Maar duidelijk is het wel. Uit de praktijk weten we dat niemand hier onderuit kan komen. Ieder kind van God zal in meer of mindere mate hiermee in strijd zijn, daarom heeft God voor ons ook passende maatregels getroffen. Daar zal niet iedereen blij mee zijn maar geloof mij, iedereen heeft het nodig en je kunt er geweldig van opknappen. Want, zo lezen wij9

“Maar ook: Alle tucht schijnt op het ogenblik zelf geen vreugde, maar smart te brengen, doch later brengt zij hun, die erdoor geoefend zijn, een vreedzame vrucht, die bestaat in gerechtigheid” Hebreeën 12:11 NBG51.

Een vrucht van vrede verpakt in Gerechtigheid, dat is wat God in eenieder van Zijn Volgelingen wil bereiken. Maar, dat kan niet anders dan door de tucht. De tucht is een leermeester die ons doet groeien en veranderen. Maar:

“Als je niet door Hem opgevoed en bestraft wordt, ben je kennelijk niet zíjn kind, maar het kind van iemand anders” Hebreeën 12:8 BB.

Het kan niet anders dan dat de tucht in ons leven bevestigd dat we een kind van God zijn. Maar we kunnen het ook zien door;

“Maar dan groeien wij, ons aan de waarheid houdende, in liefde in elk opzicht naar Hem toe” Efeziërs 4:15 NBG51.

Het is goed om nog eens te kijken hoe Jezus gegrepen wordt door de heilige Geest en er een enorme blijdschap over Hem kwam.  Dit is een mooi voorbeeld van groeien in elk opzicht naar God toe. Let wel, in elk opzicht! Dat is groeien in Woord en heilige Geest. Ondanks problemen, je ontslag, je armoede of je ziekte of welke andere noden, dit zal je niet in de weg staan in je groeien in je relatie met God de Vader. We kennen het gezegde wel dat, ‘Je groeit tegen de verdrukking in’. En dat blijkt zo vaak in tijden van oorlog of landen waar een dictatuur heerst. Wanneer de mensen in het nauw gedreven worden kan de massa in opstand komen voor meer vrijheid. Maar wat is het dan een voorrecht dat de heilige Geest ons zo met Blijdschap kan vervullen dat we Gods Wijsheid gaan zien en toepassen. 

We mogen weten wat God aan ons wil openbaren, door Zijn woord, Zijn Zoon en door de heilige Geest. Alles wat we ontdekken kent maar één doel en dat is de mens weer herenigen met de Hemel, met God de Vader. Maar dat kunnen we niet alleen, daar hebben we elkaar voor nodig. Daarom verenigt God de christenen in Zijn Gemeente:

“Want de man is het hoofd van zijn vrouw, net zoals Christus het Hoofd is van zijn gemeente. Hij zorgt voor zijn Lichaam” EFEZIËRS 5:23 BB.

Dat samen in een gemeente vormt een niet al te makkelijke vorm om eenheid uit te stralen. Hierbij komt nog dat we een collectieve vijand hebben die ons zal dwarszitten zolang we hier op aarde zijn. Wat deze vijand, de satan, al op zijn kerfstok heeft dat kunnen we lezen in de Bijbel maar ook in de verslaggeving van de kerkgeschiedenis en wat er dagelijks in het nieuws te horen valt. Daar word je niet vrolijk van. Maar er is nog een lastiger probleem die het gemeente leven behoorlijk kan vernielen. Dat zijn wij de mens. Tja, ik moet het noemen maar fijn is het niet om te weten dat er bij u en mij in de kerk mensen rondlopen die tegen van alles en nog wat aanschoppen. Bij vergaderingen kom je ze tegen met hun soms wel heel harde en snoei scherpe woorden. Wie hier niet tegen opgewassen zijn worden ondersteboven gelopen. Menig vergadering is dan ook pijnlijk afgesloten. 

“Want nu God jullie heeft geroepen, zullen jullie ook moeten lijden. Dat hoort erbij. Want ook Christus heeft voor ons geleden, terwijl Hij niets slechts had gedaan. Zo is Hij een voorbeeld voor ons. En Hij wil dat we zijn voorbeeld volgen” 1 PETRUS 2:21 BB.

Kijk, in Zijn voetstappen treden, dat zegt de NBG vert. Waar dat gebeurt, die mogen rekenen op Gods bijstand zodat de opstandige broeder of zuster de kans krijgt zich te voegen in de genade van God. Tja, de gemeente is een samen voegsel van culturen hoog en eenvoudige opgeleiden fijn en grofgebekte mensen, en ga zo maar door. Op zich is dit al een inwendige zendingsopdracht om deze verschillen een richting op te laten kijken. Daar hebben de herders en de leraars alsook het pastoraat de handen aan vol. Ikzelf mocht 23 jaar dit werk doen al dan niet met wisselend succes. Zo waren er mensen die weggingen om in andere gemeenten wel hun succes te bereiken (?). Soms werden het geestelijke zwerfkeien die het nergens konden vinden. Anderen echter waren aanspreekbaar en veranderden tot wederzijdse vreugde. 

De waarheid is een bijzonder instrument en moet, koste wat kost behouden worden, want de Bijbel leert ons;

“Dan zullen jullie de waarheid gaan begrijpen, en de waarheid zal jullie vrijmaken” Johannes 8:32 BB.

Waren we nog niet vrij dan? Door onze bekering of wedergeboorte toch wel? Zeker, we zijn gekocht en betaald door het verlossende vrijmakende Bloed van Ons Lam, Jezus Christus. Maar, en dat moeten we goed onthouden, we hebben dan nog steeds te maken met de dagelijkse bekering, dat is een afleggen van de oude mens.

“Want we weten dat ons oude 'ik' samen met Christus is gekruisigd en gestorven. Daardoor heeft het kwaad geen macht meer over ons. We zijn niet langer slaven van het kwaad” Romeinen 6:6 BB.

Wanneer we willen weten wat ‘de oude mens’ inhoud dan moeten we eens luisteren naar onszelf als we ruzie hebben. Dan leren we begrijpen wie die oude mens is. Dat is dat deel van ons mens zijn wat nog niet geleerd heeft om zich onder de heerschappij van Jezus te stellen. We mogen weten dat dit een leerproces is dat voor ons allemaal weer anders verloopt.  God laat ons weten hoe Hij de oude mens van ons ziet. Dat zal nogal eens ernstig verschillen hoe wij, hoe ik dit zie. Wanneer ik een meningsverschil heb dan kan ik nogal vasthoudend zijn aan mijn eigen gelijk. Doet de ander precies hetzelfde dan gaan we beiden nogal tekeer. Het ‘nietes en het welles’, wordt dan meestal schreeuwend aan elkaar duidelijk gemaakt.  We kunnen elkaar heel venijnig de les lezen, dan weer lijk je op je vader en dan weer op je moeder. Dit over-en-weer spel kan behoorlijk uit de hand lopen. Kijk, dat is nu onze ‘oude mens’. Dat deel van ons is rebels, opstandig, losgeslagen, ongeïnteresseerd, roekeloos, vijandig of ongelovig. Mogelijk kunt u hier nog een tiental andere begrippen aan toevoegen. Sommigen noemen dit ook wel ‘de oude natuur of ons vlees’.

Hoe wij hier ook mee omgaan is voor eenieder verschillend, maar wat belangrijk is hoe kijkt God hiertegen aan? Hoe gaat God hier mee om. En kunnen wij Hem hierin volgen of blijven we liever hangen in dat oude vlees. Ik vind dat God in Jezus Christus ons grandioos tegemoetkomt. Paulus mag dit namens God aan alle gelovigen uitleggen. Hij begint met de woorden; “Want we weten dat ons oude ik”. Wist u dit of leest u dit voor het eerst? Wat een genade knalt hieruit richting die mensen die een keuze hebben gemaakt om Christus Jezus te volgen. Wij die gezegd hebben, met heel mijn hart, ziel en verstand zal ik U dienen Heer. Wat kunnen we God dan teleurstellen en het is goed dat we ons hiervan bewust zijn. Maar letterlijk genomen wil God dit niet want met dit gevoel kunnen we helemaal niet veranderen we houden onszelf in de negatieve hoek vast. Daarom is het zo belangrijk; ‘Dat wij weten wat God met die oude mens’, gedaan heeft. Het was voor mij een geweldige openbaring om dit woord van God te leren begrijpen. God heeft onze oude natuur, die oude mens, laten sterven samen met Christus aan het Kruis.

Als iets gestorven is kan het dan nog bestaan? Heeft het dan nog wel recht van spreken? Kan dat aan zichzelf gestorven vlees zich nog mengen in ons Geestelijk bestaan? Moet je horen wat Paulus hier verder over zegt; “Die oude gestorven natuur heeft geen macht meer over ons”. Horen we het goed? Die oude mens die nog wel eens van zich laat horen wanneer wij niet in overgave aan God leven, heeft geen recht van spreken meer, die is dood, helemaal morsdood! Dus zo vaak wij die oude natuur de kans geven om te spreken leven wij niet in afhankelijkheid aan Jezus. Zouden we dan God ook tekort kunnen doen? Ik weet het wel zeker, want zo vaak wij die oude mens de ruimte geven zal hij daar zeker altijd gebruik van maken en geeft het ons geen kans om bij het kruis van Jezus te schuilen. Zo worden wij van het volbrachte verlossingswerk afgehouden. Hiermee doen we God de Vader zeer zeker te kort. Op zulke momenten missen wij ons doel, we beantwoorden niet ons kind schap Gods die wij door de wedergeboorte ontvangen hebben.

God ziet ons aan niet in die oude mens, maar Hij ziet ons aan in het volbrachte werk van Jezus Christus. Halleluja wat een genade om dit te begrijpen. Wat is de slotconclusie van Paulus; “Dat wij niet lager slavernij van de zonde, slaven van het kwaad zijn”. Wat een voorrecht om geen slaaf maar een koningskind te zijn. Om een koninklijk leven te leiden hebben we Jezus als ons grote voorbeeld maar ook die andere gelovigen. Om dit vol te houden geeft de Bijbel ons raadzame tips, wanneer we dit ter harte nemen zal ons leven er heel anders uit gaan zien.

 “Er is dus een grote groep van mensen die ons, door hun voorbeeld, aanmoedigen. Laten we daarom alles uit ons leven wegdoen wat onze omgang met God in de weg staat, en alles waarin we God ongehoorzaam zijn. Het is alsof we een hardloopwedstrijd lopen die voor ons is uitgezet. We moeten geduldig tot aan het einde doen wat God van ons vraagt” Hebreeën 12:1 BB.

 Dit vers is de conclusie van Hebreeën 11, daar wordt gesproken over mannen en vrouwen die door hun geloof God meer liefhadden dan hun omstandigheden. We noemen hen ook wel; ‘De geloofsgetuigen’, zij moedigen ons aan om niet te zwichten voor de aanvallen van de boze. Het is niet verstandig om te luisteren naar mensen die ons door hun daden de verkeerde kant op wijzen. De volgende tekst zal dit ten overvloede onderstrepen.

 “Ik bedoel dit”, zegt Paulus tegen de gelovigen, “laat je leiden door de Geest en niet door je 'ik.' Want wat het 'ik' wil, is precies het tegenovergestelde van wat de Geest wil. En wat de Geest wil, is precies het tegenovergestelde van wat het 'ik' wil. Jullie moeten dus niet doen wat je maar wil” Galaten 5:16-17 BB.

Het is aan eenieder van ons gegeven om de juiste keuze te maken voor rust, reinheid en regelmaat in Gods woning. Wij zijn tempels van de Heer zegt Paulus in 1 Korintiërs 6:19. Maar hoe ziet onze binnenkant eruit? Lijkt het ook op een tempel of hangen en staan er dingen die er niet moeten zijn? Wijzelf weten dat heel goed wat we in onze tempel, ons leven, verstopt hebben.  Nee, dat mag niet gezien worden daarom houden wij de deuren van onze tempel, ons hart stevig gesloten. Zo lopen er heel wat gelovigen rond waar het voor de christenen en voor God, altijd sluitingstijd is. Gesloten christendom maakt veel meer stuk dan wij denken. Het nieuw testament rijkt ons zoveel ‘lerend onderwijs’ aan en wat doe ik er mee, wat doen wij er mee?

 “Wees verdraagzaam. Vergeef elkaar als je iets tegen elkaar hebt. Net zoals Christus jullie vergeven heeft, moeten jullie ook elkaar vergeven” Colossenzen 3:13 BB.

 Staat ons dat voor ogen wanneer we samenkomen. Hoe doen we dat in onze gezinnen op de werkvloer, in de straat. Korte lontjes is het tegenovergestelde van lankmoedigheid, dat zijn de gelovigen waar het zaad van De Waarheid is opgekomen en vrucht draagt. In hoeverre mogen we elkaars akkers bekijken om te zien of het zaad van de zonde al omver geschoffeld is? Hoe ziet onze wandel in het geloof eruit? Is dat een doorlopende verandering in groei en vrucht? Kijk gerust ook eens in mijn tuintje wellicht kan ik er mijn voordeel mee doen. Gaan wij op weg met een brandend hart of met een jankend hart omdat we nog geen beeldenstorm in ons hedendaags geloof hebben gehad? Hoe evangelisch is onze tempel, laat het eens op je inwerken wat God hier tegen ons zegt. Ik begrijp heel goed wat ik tegen Julie zeg, geloof me ik word ook gadegeslagen want: 

 “De Heer zoekt op de hele aarde naar mensen die Hem met hart en ziel dienen. Hen zal Hij krachtig helpen. Maar nu bent u dwaas geweest. Vanaf nu zal er steeds oorlog tegen u gevoerd worden” 2 Kronieken 16:9 BB.

We zeggen weleens, ‘Wie niet horen wil, moet voelen’. Dat is wanneer God ons niet kan zegenen omdat ons hart niet op Hem is gericht, dan kan Hij ons niet zegenen, niet helpen. Dan staan we er alleen voor en zullen strijd moeten voeren in ons hart vanwege de ongehoorzaamheid en tegen de satan de slimme verleider. Want die zal oorlog met ons voeren om ons in de gevallen schepping vast te houden. Nu komen we op en cruciaal moment aan in dit deel van onze studie en moet ik mezelf en jullie de vraag stellen: ‘Ben ik werkelijk die tempel zoals God wil dat ik zal zijn?’ We kunnen elke week wel onze gebrandschilderde ramen schoonpoetsen maar klinkt er ook waarheid van God in onze privé tempel? Laten we het nog eens onder elkaars aandacht brengen en de woorden tot ons laten doordringen die zeggen:  

  • Vergeet niet dat jullie de tempel van God zijn. 
  • In die tempel woont Gods Geest. 
  • Als iemand de tempel van God kwaad doet, 
  • Zal God hém kwaad doen. 
  • Want de tempel van God is heilig. 
  • Jullie zijn die heilige tempel

 1 Korintiërs 3:16-17 BB.

  En verderop in hoofdstuk 6 lezen we dit;

  • Of weet gij niet, dat uw lichaam een tempel is van de Heilige Geest
  • Die in u woont, die gij van God ontvangen hebt, 
  • En dat gij niet van uzelf zijt? 
  • Want gij zijt gekocht en betaald. 
  • Verheerlijkt dan God met uw lichaam

1 Korintiërs 6:19-20 NBG51.

 “Of weet gij niet, dat uw lichaam een tempel is van de Heilige Geest, die in u woont, die gij van God ontvangen hebt, en dat gij niet van uzelf zijt” 1 Korintiërs 6:19 NBG.

Of weet gij het niet…, en als je het wél weet, vergeet het dan niet…, dat je een tempel bent. Ondanks dat de gemeente van Korintiërs vol zat met heidense gewoontes, herinnerde Paulus hen er toch aan dat ze gekocht en betaald zijn. Dit feit maakt hen Tempels van God. Dit zegt iets over de inwoning van de heilig Geest. Die wil namelijk niet wonen in een huis wat God niet toebehoort. Daarom moeten we ons leven aan God toewijden en Hem verheerlijken met ons lichaam zodat het aangenaam blijft voor de Geest van God om in onze tempel te wonen. 

Dit vind ik altijd een zeer boeiend onderdeel van mijn christelijk geloof. Door een gezamenlijk belijden dat wij Gods tempel zijn kan de gemeente groeien in de waarheid wat een diepe groei tot stand brengt. Dan kan het geloofszaad groeien en beginnen wij aan onze speurtocht naar meer openbaring van de heilige Geest in de gemeente van Jezus Christus. Dit gezegd te hebben zullen we weten om op onze hoede te zijn voor de aanvallen van de satan. De geestelijk groei brengt ons bij Gods doel met ons leven dat wij onze innerlijke mens,  wordt gevormd naar Zijn Beeld als Zijn Gelijkenis.

We zullen het niet cadeau krijgen. We zullen er soms zwaar voor moeten knokken om de belijdenis onzer lippen vast te houden. Ook zullen er geloofscrisissen doorgemaakt worden maar wanneer ons hart op Hem gericht is, zal Hij ons krachtig bijstaan. Die Kracht van God zal ons tot zachtmoedige christenen maken. Dan mogen we onze menselijke natuur in Gods Geestelijke Vaderhanden leggen. Dan zal die harde schil van het o zo tere hart losgeweekt worden en veranderen wij krachtens de Geest die in ons woont. Want zo werkt het nu eenmaal in de tempel van God. 

Ontvangen we begrip van onze partner, van ons gezin en familie leden? In hoeverre worden we aangemoedigd door de medechristenen zodat Gods zaad in ons tot volle wasdom kan komen? Leren wij van elkaar, of wijzen we elkaar af omdat we in een ander geloofshuis zijn opgegroeid? Wanneer wij in Jezus geloven kunnen we niet anders dan van hetzelfde brood eten en van dezelfde wijn drinken. Dat mogen we bij ‘Brood en Beker’, het Avondmaal,  gedenken dat onze redding tot stand is gekomen door dat Ene offer, Jezus Christus. 

God heeft door dat Offer geen verschillende kerken geschapen. Maar door Woord en Geest zijn wij allen één in Jezus. En zullen al die kleine geloofsbeekjes uitgroeien tot een machtig bruisende rivier van Gods Kracht. Laten we God eens danken voor wie die ander is en wat hij of zij betekent voor jou geloofsleven. Kan die ander ook een onderdeel zijn van jou geloofsvreugde? Laten we onthouden hoe zeer we elkaar nodig zijn. De hand kan niet tegen de voet zeggen; ‘Jij koopt veel te dure schoenen voor je voeten, dus ik heb je niet meer nodig. Hoe wij ook naar elkaar kijken in het Lichaam van de Heer, we kunnen niet zonder elkaar daarom voeg ik een gedeelte uit de brief aan de Korintiërs toe wat ons zal aanzetten om de eenheid te zoeken, te vinden en vast te houden.

  • Want een lichaam is één geheel, 
  • Al die lichaamsdelen vormen samen één lichaam. 
  • Want we zijn allemaal in één Geest ondergedompeld,
  • Als één van de voeten zou zeggen:  
  • En als een oor zou zeggen
  • Omdat ik geen oog ben, hoor ik niet bij het lichaam
  • Kan een lichaam horen als het alleen uit ogen zou bestaan? 
  • Kan het ruiken als het alleen uit oren zou bestaan? 
  • Maar God geeft ons, speciale plaatsen in het Lichaam  
  • Een oog kan niet tegen een hand zeggen,
  • Of het hoofd kan niet tegen de voeten zeggen: "
  • Ik heb jullie niet nodig. 
  • Een kwetsbaar lichaam is het meest nodig.  
  • En God heeft het Lichaam zó gemaakt, dat 
  • Hij aan de delen die onbelangrijk lijken 
  • Een belangrijke taak heeft gegeven. 
  • Zo komt er geen verdeeldheid in het Lichaam en 
  • Zorgen alle leden even goed voor elkaar. 
  • Als één lid verdriet heeft, 
  • leven alle anderen met hem mee. 
  • Als één lid wordt geprezen, 
  • Genieten alle anderen met hem mee. 
  • Jullie zijn het Lichaam van Christus. 
  • En ieder is een deel van dat Lichaam.

deze tekst zijn gedeelten uit - 1 Korintiërs 12:12-27 BB.

Laten we nooit vergeten dat onze wedergeboren voorouders dit alles heel ernstig hebben nagestreefd. Voor iedere overwinning in het geloof hebben ze ook moeten strijden met tranen en moeite en met alles wat de vijand hen heeft aangedaan. Maar iedere worsteling heeft God de Vader beloond door hen te zegenen met de inwoning van de heilige Geest, die Hun de Kracht gaf om vol te houden. Door de heilige Geest waren zij die vaten vol van de aanwezigheid van God. Zo maakte God hen geschikt om de hemel te beërven.

Er is geen grotere opofferingsgezindheid dan onszelf aan Jezus te geven. Daar moeten we als christen ten zeerste van doordrongen zijn. Wie dit veronachtzaamd doet God, Zijn gemeente en zichzelf ernstig te kort. Dan sluiten we onze ogen voor de noden van de ander en die van onszelf. Dan ontbreekt het ons aan onderscheidingsvermogen om een wereld in nood te bereiken met het machtige bevrijdende Evangelie van Jezus Christus. Hebben we dezelfde visie, groeit de kerk, onderhouden we de zendelingen? Er is nog zoveel te doen, bid daarom de Heer van de oogst dat Hij ons meer en meer kan Toerusten om onze Zendingsopdracht wezenlijk te vervullen.

“Daarom wilde Hij dat we door Jezus Christus zijn kinderen zouden worden. Hij had dat van tevoren al besloten. Want dat is wat Hij graag wil” Efeziërs 1:5 BB.

Auteur: Fred IJzerman
Datum gemaakt: 18-4-2023
Versie: 2
  • Waardering
  • Hoeveel sterren geeft u dit artikel?