‘En nu ga Ik heen’, zegt Jezus, ‘tot Hem die Mij gezonden heeft’. Het zijn woorden die duidelijk maken dat Jezus weggaat. Maar in deze woorden proef je ook dat het afscheidswoorden zijn met een inhoud, met een belofte. Zijn heen gaan had een duidelijk doel! Het had betrekking op de komst van de heilige Geest. Het is beter voor u dat Ik heenga. Jezus maakt ruimte voor ons. Want, Pinksteren is het feest van de ruimte voor Gods werk in ons en door ons, naar een wereld die in nood is. Daarom heeft God ons de heilige Geest gegeven, om te ervaren dat Hij er is!
Onderwerp - Spraakmakend of spraakverwarrend?
Inhoud:
Inleiding
Lezen: HANDELINGEN 2:1-13
“Daarop zeiden ze tegen elkaar: ‘Brandde ons hart niet toen hij onderweg met ons sprak en de Schriften voor ons ontsloot” LUCAS 24:32.
“Nu ga ik weg, naar hem die mij gezonden heeft, maar niemand van jullie vraagt: “Waar gaat u naartoe?” Jullie zijn verdrietig, omdat ik jullie dat gezegd heb. Werkelijk, het is goed voor jullie dat ik ga, want als ik niet ga zal de pleitbezorger niet bij jullie komen, maar als ik weg ben, zal ik hem jullie zenden. Wanneer hij komt zal hij de wereld duidelijk maken wat zonde, gerechtigheid en oordeel is: zonde – dat ze niet in mij geloven, gerechtigheid – dat ik naar de Vader ga en jullie me niet meer zien, oordeel – dat de heerser over deze wereld is veroordeeld.
Ik heb jullie nog veel meer te zeggen, maar jullie kunnen het nog niet verdragen. De Geest van de waarheid zal jullie, wanneer hij komt, de weg wijzen naar de volle waarheid. Hij zal niet namens zichzelf spreken, maar hij zal zeggen wat hij hoort en jullie bekendmaken wat komen gaat. Door jullie bekend te maken wat hij van mij heeft, zal hij mij eren. Alles wat van de Vader is, is van mij – daarom heb ik gezegd dat hij alles wat hij jullie bekend zal maken, van mij heeft” JOHANNES 16:5-15.
We hebben net gelezen dat Jezus zegt: “Nu ga ik weg, naar hem die mij gezonden heeft (…) Werkelijk, het is goed voor jullie dat ik ga.” Het zijn woorden die duidelijk maken dat Jezus weggaat. Dat zal hen niet prettig in de oren hebben geklonken. Maar wie goed leest zal ontdekken dat het afscheidswoorden zijn met een inhoud, met een belofte. Zijn afscheid, zijn heengaan had immers een duidelijk doel! Het had betrekking op de komst van de heilige Geest.
Volkomen onbegrip
Jezus, had regelmatig gesproken over zijn heengaan. Deels als waarschuwing voor vervolgingen, JOHANNES 16:1-4 maar ook om de weg vrij te maken voor iets nieuws. En wat mij opvalt is dat niemand vraagt: “Waar gaat Gij dan Heen?” (VERS 5)
Enige tijd daarvoor hadden wel enkele discipelen een poging gedaan. Petrus had Hem gevraagd: “Here waar gaat Gij heen?” Jezus antwoordde: “Ik ga ergens naartoe waar jij nog niet kunt komen, later zul je mij volgen” JOHANNES 13:36. Dit antwoord begreep Petrus niet. En ook Thomas vroeg Hem: “Wij weten niet eens waar u naartoe gaat, Heer, hoe zouden we dan de weg daarheen kunnen weten” JOHANNES 14:5.
Kennelijk waren de discipelen te verbouwereerd over het feit dat Jezus hen ging verlaten. Want laten we eerlijk zijn, als Gods Zoon in je midden is, dan wil je toch niet denken aan afscheid nemen? Dan heb je het toch niet over weggaan? Zo’n wonderdoener wil je toch bij je houden? Zo ‘Iemand’ sta je toch niet zo maar af? Kom nou, Hij van ons weggaan? Maar dat kan niet! Daarom begrepen ze het ook niet.
Het waren ook wel wonderlijke antwoorden die Jezus had gegeven. “Ik ga ergens naartoe waar jij nog niet kunt komen, later zul je mij volgen.” Later volgen… wat bedoelde Hij daarmee? En Petrus vroeg maar niet verder.
En ook Thomas berijpt het niet. Jezus had gezegd: “In het huis van mijn Vader zijn veel kamers” (VERS 1) en, “Jullie kennen de weg naar waar ik heen ga.” Wij de weg weten? Thomas snapt er niets van: “Wij weten niet eens waar u naartoe gaat, Heer, hoe zouden we dan de weg daarheen kunnen weten” JOHANNES 14:5. En Thomas krijgt als antwoord:
“Ik ben de weg de waarheid en het leven en niemand komt tot de Vader dan door Mij.”
Wie het verhaal in JOHANNES 14 verder leest ziet dat de discipelen het maar moeilijk kunnen begrijpen. Ook Filippus niet als hij vraagt: “Laat ons de Vader zien, Heer, meer verlangen we niet.” (VERS 9) En het enige antwoord wat Jezus geeft is: “Geloof in mij.” En:
“Later zal de pleitbezorger, de heilige Geest die de Vader jullie namens mij zal zenden, jullie alles duidelijk maken en alles in herinnering brengen wat ik tegen jullie gezegd heb” JOHANNES 14:26.
Dat Johannes dit later allemaal begrepen heeft, blijkt uit wat hij schrijft in de eerste Johannes brief:
“Wat uzelf betreft: de zalving die u van hem ontvangen hebt is blijvend, u hebt geen leraar nodig. Zijn zalving leert u alles naar waarheid, zonder bedrog. Blijf daarom in hem, zoals zijn zalving u geleerd heeft” 1 JOHANNES 2:27.
De heilige Geest zou hen later die dingen onderwijzen, dan zouden ze wèl begrijpen wat Jezus bedoelde. Dat wilde Hij hen duidelijk maken. Jezus had nu andere zaken te regelen, zoals de discipelen voor te bereiden op Zijn heengaan, maar ook op hun eigen toekomst, op hun opdracht. Vgl. MATTHÉÜS 28:19-20 Maar zij begrepen het niet.
Ik wil nog even stilstaan bij het feit dat niemand Hem begreep. We zagen net al, toen Jezus zei dat Hij hen ging verlaten, dat er geen vragen meer gesteld werden. En dat raakte Hem, waren ze dan niet meer in Hem geïnteresseerd? Begrepen ze wel waar het om ging? Eigenlijk stelde Hem dat teleur en dat zei Hij ook tegen hen: “Niemand vraagt Mij waar Ik naar toe ga?”
Daar was maar één verklaring voor, denk ik. De discipelen waren met stomheid geslagen. Ze waren kennelijk helemaal van slag, van hun stuk gebracht.
En Jezus begreep dat droefheid hun hart had vervuld.
En daar zaten ze dan met gemengde gevoelens.
Maar Jezus verweet het hen niet, Hij kende Zijn volgelingen, Hij wist dat ze vaak alleen maar aan zichzelf dachten. In de zin van ‘Jezus en ik, of ik en Jezus.’ Alsof Zijn heengaan enkel verlies betekende. Zoiets van: nu zijn we onze wonderdoener kwijt!
Had het allemaal wel zin gehad, dat we ons werk voor Hem hebben opgegeven om Hem te volgen?
Het is beter voor jullie
Maar ze hadden niet in de gaten dat het leven met Jezus één grote voorbereiding was op het allergrootste wonder dat zij mochten doen! Zij mochten Zijn werk overnemen! Waarom begrepen ze dit nou niet? En Jezus voelde Zich geroepen om hen de ware betekenis van Zijn heengaan duidelijk te maken. Want het was niet in hun ‘nadeel’, maar in hun ‘voordeel’ dat Hij wegging. Zolang Hij bij hen was kon de heilige Geest niet komen. Daarom was het beter voor hen:
“Want als ik niet ga zal de pleitbezorger niet bij jullie komen, maar als ik weg ben, zal ik hem jullie zenden” JOHANNES 16:7.
Jezus wilde zijn discipelen, maar ook ons vandaag, leren dat Zijn komst op aarde niet voor een enkeling is, maar voor iedereen. Juist door Zijn heengaan naar de Vader kon Hij zijn werk ‘wereldkundig’ maken, want dat is het werk wat de heilige Geest in ons wil doen.
Er was dus voor de discipelen geen enkele reden tot droefheid, maar veeleer tot vreugde. Zijn heen gaan liet geen leegte achter. Jezus maakte van hen geen weeskinderen. Nee, door de komst van de heilige Geest wordt juist onze leegte gevuld en het gevoel van alleen zijn totaal weggenomen. En dat ‘vervuld zijn’ en niet meer alleen zijn, stelt ons in staat om voor Hem en namens Hem te werken.
“Het is beter voor u dat Ik heenga.” Jezus maakt ruimte voor ons.
Het waarom van Zijn heengaan
Pinksteren is het feest van de ruimte voor Gods werk in ons, en door ons naar een wereld die in nood is. Daarom heeft God ons de heilige Geest gegeven, om te ervaren dat hij er is! Want: “De Geest zelf verzekert onze geest dat wij Gods kinderen zijn” ROMEINEN 8:16. Maar ook: “Wanneer hij komt zal hij de wereld duidelijk maken wat zonde, gerechtigheid en oordeel is” JOHANNES 16:8.
Maar ook dat wij door de heilige Geest gaven ontvangen om zo dienstbaar te zijn, aan God, aan elkaar en onze naaste. Vgl. ROMEINEN 12:3-8 en 1 CORINTHIËRS 12:1-11.
Over de gaven van de heilige Geest is al veel gezegd en geschreven. Vele boeken en de nodige conferenties. Honderdduizend preken en Bijbelstudies èn een miljoen, voors en tegens. Dat lijkt het resultaat als we naar geestelijk Nederland kijken. Er zijn jammer genoeg vele verwarrende en tegenstrijdige begrippen ontstaan. En vele gelovigen slaan elkaar met ‘hun kennis’ om de geestelijke oren. Is het ons wel eens opgevallen hoe vaak we ons geloof verdedigen, in plaats ervan te getuigen?
Maar wie van hen is geestelijk blind en horend doof? Dat er een heilige Geest is, daar zijn ze het wel over eens. Maar tongentaal, profetie, handoplegging, dat gaat velen veel te ver. Er zijn ook mensen die beweren dat je geen kind van God bent als je niet in nieuwe tongen spreekt, om maar een paar voorbeelden te noemen.
Maar laat ik je niet meeslepen in de verwarring van de vele voors en tegens. En laat ik je ook niet vermoeien met de vele regels, al dan niet wettisch ingegeven door de kinderen Gods. Als het gaat om het werk van de heilige Geest in ons leven kunnen we onszelf de volgende vragen stellen:
Denk goed na, oordeel niet te snel. Want wie van ons heeft de Wijsheid in pacht!
Wat zegt Jezus over de heilige Geest? “Rivieren van levend water zullen stromen uit het hart van wie in mij gelooft,” zo zegt de Schrift. Hiermee doelde Hij op de Geest die zij die in hem geloofden zouden ontvangen. “De Geest was er namelijk nog niet, want Jezus was nog niet tot Gods majesteit verheven” JOHANNES 7:38-39.
Rivieren van levend water, hoe moeten we dat nou uitleggen? Hebben we daar een goede uitleg of interpretatie voor? Mogelijk kan een Bijbelverklaring ons het juiste antwoord geven. Maar… is dat dan ook de waarheid?
Ik denk dat de heilige Geest zich niet laat uitleggen of verklaren. Want wie van ons kan de diepte van Gods Geest peilen of doorgronden? Vgl. 1 CORINTHIËRS 2:10-16. De heilige Geest laat Zich niet tegenhouden door wat mensen denken, schrijven of leren.Wie gelooft ontvangt de heilige Geest die ons gaven en bedieningen geeft, die ons bekwaam maakt om Jezus en Zijn gemeente te dienen.
Sommige mensen zitten met Pinksteren in hun maag, ze weten er geen raad mee, geheel met de zaak verlegen, zou je kunnen zeggen. Net als de mensen uit het verhaal in Handelingen staan ze er beteuterd bij. Ze reageren hun verlegenheid af door ermee te spotten. Toch was Handelingen twee een duidelijk appèl aan al die mensen.
Door de uitstorting van de heilige Geest worden ze allemaal opnieuw geconfronteerd met de Here Jezus Christus. En dat terwijl er juist zoveel moeite was gedaan om van Hem af te zijn: ‘Weg met Hem, kruisig Hem’, hadden ze geroepen, gelukkig, daar waren ze vanaf.
Maar wat is dat? Daar stond er niet één, maar een grote groep mensen te getuigen van de grote daden Gods. Hoe is dat mogelijk, dat kan niet, dat mag niet, zijn die lui nou helemaal…
Gods Geest laat Zich niet aan banden leggen of de les voorschrijven. Het werk van Jezus moet doorgaan! Handelingen twee was de start van het wereldomvattende werk van Gods plan van verlossing, genade en heling van de mens.
En daar staan de discipelen, nu zouden ze gaan leren wat Jezus bedoelde met: “Het is beter voor u dat Ik heenga.” Er waren daar mensen uit verschillende landen, maar een ieder zou naar huis gaan met een geheel nieuwe ervaring. Zij hoorden in hun eigen taal spreken over de grote daden Gods. Wat een geweldig spektakel. Dat was een feest van: ‘Toen de kracht Gods op mij viel kwam er blijdschap in mijn ziel.’
Maar was dat nou wel zo verstandig, moest dat nou wel zo uitbundig? Werden die discipelen nu wel of niet, geleid door de heilige Geest? Gezien de spannende situatie van toen was het toch veel verstandiger om je mond te houden? Waarom zo in het oog lopend, zo brutaal zou je bijna zeggen.
Het was toch overduidelijk: de kruisiging was een grote flop geweest voor de hele buitenwereld. En de discipelen waren allemaal verbouwereerd achtergebleven. Ook de opstanding was al met al een zo stil gebeuren, dat slechts enkelen erin geloofden. En nu stonden daar ineens 120 mensen te roepen en te juichen en niemand wist wat er aan de hand was.
Niemand? Jawel, er werden ogen en oren geopend. Want door Pinksteren wordt de overwinning van Jezus, ‘voelbaar, zichtbaar en merkbaar’. Door Pinksteren komt de overwinning van Jezus in ons wonen, met al haar kracht. Zo is het Pinksterfeest, ‘je wordt plotseling gearresteerd, je bent erbij, op heterdaad betrapt’, heeft iemand eens gezegd.
En de toeschouwers? Sommigen staan met de mond vol aanbidding en anderen staan met de mond vol tanden. Verlegen mensen, die zich uiten in onbegrip en vijandschap. Ook vandaag nog reageren mensen op dergelijke wijze.
Wat is dit voor extatisch gebeuren? Zoiets past toch niet meer in deze tijd? Wat denken die discipelen, wat denken die gelovigen wel? Wij theologen, wij Bijbelleraren zullen wel eens zeggen hoe dit allemaal uitgelegd moet worden. Maar, zo kunnen we ons afvragen, hebben zij niet het zout uit de pap gehaald? En ervoor gezorgd dat eenheid, verdeeldheid werd?
De macht van echte eenheid
We kennen allemaal wel de uitspraak: ‘eenheid maakt macht’. Deze gedachte komen we al tegen in GENESIS 11:6 NBG.
“Zie het is één volk en zij allen hebben één taal, Dit is het begin van hun streven, nu zal niets van wat zij denken te doen, voor hen onuitvoerbaar zijn.”
Dit vers leert ons dat ‘in volkomen eenheid ontzettend veel kracht zit!’
Eén volk, één taal, één doel en bijna niets is onmogelijk voor hen. Dat was de reden waarom God ingreep bij de torenbouw van Babel. Hij verwarde bewust hun spraak, zodat ze elkaar niet meer begrepen. Want God wilde geen eenheid volgens menselijke, wereldse normen en principes.
Maar wat zien we in Handelingen twee? Daar begint God met het herstel van die spraakverwarring, daar onthult Hij zijn plan, ‘voor en met’ de mens. Maar nu op Zijn manier! God herstelt de communicatie tussen Hem en ons en tussen de mensen onderling, wat een prachtig plan! Door Jezus, door de wedergeboorte en de kracht van de heilige Geest. Daarom zingen we ook: ‘Prijs de Heer de weg is open, naar de Vader naar elkaar, Jezus Christus Triomfator mijn verlosser, middelaar.’ (Opwekking 167)
Op de pinksterdag rekent God voorgoed af met die spraakverwarring, “want een ieder hoorde hen in zijn eigen taal spreken”. Vanaf Pinksteren neemt God de touwtjes opnieuw in handen, zouden we kunnen zeggen. De gave van eenheid, één volk, één doel, dat is Zijn plan. Dat gaat Hij uitvoeren, door de gemeente van Jezus Christus. En door de toerusting van de heilige Geest zal mogelijk zijn wat wij voor onmogelijk hadden gehouden.
Spraakverwarrend
Maar helaas weet de satan dat deze eenheid hem uiteindelijk buiten spel zal zetten. Daarom zorgt hij dit keer voor spraakverwarring. Het is immers een prima wapen gebleken tegen wereldse eenheid bij de torenbouw van Babel? Dus mobiliseert de satan een aantal mensen die zeggen:
Bij de start van Gods eenheid, zijn gemeente, zijn herstel, sticht de satan verwarring en gaat hij de zaak uithollen. Wie luistert naar wat sommige mensen zeggen, zal begrijpen hoe waar dit is. Het is verdrietig om tot de conclusie te moeten komen dat de satan kans heeft gezien om binnen de muren van kerk en evangelie spraakverwarring te stichten.
We zullen opnieuw moeten nadenken of we; ‘horende nog wel verstaan en ziende nog wel doen’, wat we lezen in Gods woord. Zijn we misschien te nuchter, te verstandelijk geworden? Soms denk ik van wel. Is de gemeente van Jezus niet teveel aan banden gelegd? Hebben we met onze theologie niet teveel geregeld, zodat er geen ruimte meer is voor de werking van de heilige Geest?
Groeit de gemeente echt? Of vindt er een verschuiving plaats van gelovigen die van de ene kerk naar de andere gemeente gaan? Er worden meer mensen geboren dan wedergeboren, heeft iemand eens opgemerkt. En volgens sommige onderzoekers is er geen werkelijke groei. Het verplaatst het zich enkel maar, van de rijke wereld naar de arme wereld, dat is het verschil.
Wie naar ons eigen luilekkerland kijkt, zal tot de ontdekking komen dat we steeds meer een ‘zendingsland’ aan het worden zijn. Daarom is de boodschap van Pinksteren zo actueel. Niet voor een kleine groep, maar voor heel Gods gemeente, voor iedere gelovige!
Hebben wij al de kracht van de heilige Geest ontdekt in ons eigen leven? Een kracht die we niet kunnen missen.
Als we alle feiten over de heilige Geest op een rijtje zetten, dan zullen we ontdekken wat een geweldige Persoon de heilige Geest is. Dan wordt de gemeenschap met de heilige Geest iets heel kostbaars dat diep in ons leven ingrijpt. Jezus heeft de heilige Geest beloofd. De discipelen moesten wachten op die belofte van de Vader, die al in JOËL 3:1 gedaan was:
“Ik zal mijn geest uitgieten over al wat leeft. Jullie zonen en dochters zullen profeteren, oude mensen zullen dromen dromen, en jongeren zullen visioenen zien.”
God beloofde dat ze kracht zouden ontvangen om te getuigen. Zie HANDELINGEN 1:8.
En op die kracht, de heilige Geest, moesten de discipelen wachten. Waarom? Als er ooit mensen waren geweest die getuigen konden over Jezus, dan waren dat de discipelen wel.
En toch zegt Jezus tegen hen: ‘Heb geduld… wacht in Jeruzalem.’ Waarom? Ze hadden toch zo ook wel aan de slag gekund? Ze hadden toch wel genoeg gezien en geleerd, waarom nu wachten?
Spraakmakend
Wat kunnen we hier uit leren? Dat we niet kùnnen getuigen uit eigen kracht. We kunnen wel over het geloof en Jezus praten. Maar zonder de heilige Geest hebben we geen zeggingskracht. Dan zijn we niet spraakmakend! Dan zullen onze goed bedoelde preken en getuigenissen hun doel missen.
We kunnen niemand echt helpen vanuit onze eigen menselijke inspanning, onze liefdadigheid of sympathie. Hoe goed bedoelt ook. We hebben de kracht van de heilige Geest nodig om werkelijk tot ons doel te komen. Meer dan ooit hebben we nu die Kracht nodig. Want de geestelijke spraakverwarring slaat grote wonden, kijk maar om je heen. Geloof en occultisme worden steeds meer met elkaar vermengd. En het maakt niet meer uit in welke god je gelooft, want uiteindelijk kom je toch wel in de hemel. Alle wegen leiden toch naar Rome? Zeker er zijn veel wegen die ons in Rome brengen. Maar er is maar één weg die ons bij God brengt en dat is Jezus. Dat is de weg van een persoonlijke keuze om Jezus te aanvaarden in ons leven.
Als wij niet op onze hoede zijn zitten we straks allemaal te luisteren naar een uitgehold evangelie. Wie Christus Jezus volgt zal overtuigt zijn dat in heel ons leven de heilige Geest centraal moet staan. Want:
De inwoning van de heilige Geest is nodig om een bediening te vervullen in het Koninkrijk van God. Vgl. 1 CORINTHIËRS 3:16 en 6:19. God wil ons bruikbaar maken door ons gaven en bedieningen te geven. Jezus zelf had de heilige Geest ook nodig! In MATTHÉÜS 3:16 kunnen we dit lezen:
“Zodra Jezus gedoopt was en uit het water omhoog kwam, opende de hemel zich voor hem en zag hij hoe de Geest van God als een duif op hem neerdaalde.”
Waarom was dit nodig?
En toch had Jezus deze Geest, deze Kracht nodig voor Zijn bediening. Als Jezus dit nodig heeft, zouden wij dan zonder kunnen?
Als Paulus vraagt in HANDELINGEN19:2, “Hebben jullie de Heilige Geest ontvangen toen jullie het geloof aanvaardden?” Dan is dit beslist geen overbodige vraag! En ook voor ons is dit nog steeds een up-to-date vraag.
Veel mensen zijn het spoor bijster. Het plan van God zijn ze kwijtgeraakt te midden van al die geestelijke verwarring. Veel Christenen leven vanuit hun gevoel, vanuit hun emotie. Sommigen hebben van bepaalde gaven hun stokpaardjes gemaakt. Deze mensen zijn eerder spraakverwarrend dan spraakmakend!
Laten we niet teveel nadruk leggen op de ervaring, hoe goed een ervaring ook met God kan zijn. Maar laten we in Godsnaam eens gaan letten op de uitwerking van de heilige Geest in ons eigen leven. Heeft de heilige Geest voldoende ruimte in mijn leven om Gods plan uit te voeren? We kunnen de heilige Geest bedroeven, ons verzetten tegen Hem. Vgl. EFEZIËRS 4:30.
Mijn verlangen, jouw verlangen
Mijn gebed, mijn verlangen is, dat we als gemeente van Jezus Christus Gods plan in zijn volle kracht en glorie gaan uitvoeren. Door de heilige Geest krijgen we een extra dimensie in ons leven. Dan worden we allemaal getuigende mensen, met ongekende mogelijkheden. Dan vangen we geen bot meer… maar mensen!
Ik wil tot slot nog even stil staan bij Petrus. Een man boordevol levenslust, een echte idealist en bijzonder moedig. Hij leek over te stromen, klaar om de hele wereld te veroveren. Maar toch, hij was nog niet geschikt voor Gods werk. Daarvoor ontbrak nog die andere dimensie, de heilige Geest in zijn leven.
Nee, zo'n Petrus kan Jezus niet gebruiken, ongeschikt.
Maar op de Pinksterdag zien we een totaal andere Petrus. Vervult met de heilige Geest staat hij het evangelie te prediken. Er komen duizenden tot geloof, die nog dezelfde dag gedoopt worden.
Op het meest kritieke moment in zijn leven, werd hij niet door Jezus veroordeeld. En hoewel hij Jezus verloochende, denk ik niet dat Jezus hem verwijtend aankeek. Zo iets van, nu heb Ik je niet meer nodig, ga maar weg, verdwijn maar uit Mijn leven. Nee, zo is Jezus niet! Want Jezus wist dat Petrus dit nodig had, om van hem een bruikbare man te maken.
Het was de liefde van Jezus die Petrus tot verbrokenheid bracht. MATTHÉÜS 26:75 Op dat moment was hij ontvankelijk geworden voor de heilige Geest. De weg naar zijn hart lag open. Daarom kon die ongeduldige man wachten op de heilige Geest, op de belofte van de Vader.
Als Jezus doordringt tot je hart, krijg je hetzelfde gevoel wat de Emmaüs gangers hadden. “Brandde ons hart niet toen hij onderweg met ons sprak” LUCAS 24:32. Of zoals het Boek dit zegt: “Weet je nog, hoe diep we in ons hart geraakt werden, toen Hij met ons liep te praten?”
Hoe diep zijn wij in ons hart geraakt?
Brandt daar dat vuur dat ontstoken is door de heilige Geest?
Vader God, wilt U herstellen wat wij beschadigd hebben? En vergeef dat we zo verdeeld zijn. Wij willen ons overgeven aan U, zodat U ons tot zegen kunt laten zijn voor een wereld in nood.