Wat kan een muntstuk je allemaal vertellen? Heel veel!
“Als God voor ons is, wie kan dan tegen ons zijn” ROMEINEN 8:31.
Zonder het te weten of te beseffen is Gods getuigenis ons vaker door de handen gegaan dan we denken. Elke keer als we vroeger bij de supermarkt het winkelwagentje moesten ontgrendelen, hadden we daar ‘God zij met ons’ voor nodig. Want dat stond toen op die gulden die we daarvoor gebruikten. Zo heeft menigeen met Gods getuigenis op zak gelopen, zonder dat te beseffen! Nu staat: ‘God zij met ons’ alleen nog op het twee euro muntstuk.
De uitspraak: ‘God zij met ons’ vertelt ons meer dan menigeen vermoed. Het is een vertaalde verkorting van de Latijnse spreuk: ‘Si deus nobiscum, quis contra nos’. Dit betekent: “Zo God met ons is, wie zal tegen ons zijn?” ROMEINEN 8:31
Gek hè, als we het over geld hebben, dat we er niet altijd voldoende bij stilstaan, dat God de gever is van al ‘onze rijkdommen’. Niet alleen financieel of materieel, maar ook geestelijk ontvangen we elke dag wat nodig is, om onze relatie met Hem en met elkaar te kunnen ervaren!
‘Geld maakt niet gelukkig’, is een veel gehoorde uitspraak, en dat is ook zo. Het heeft de mens meer ongeluk dan geluk gebracht. Want het bezit ervan, zonder de liefde van God te kennen, heeft de mens niet datgene gebracht waar ze op hoopten. Paulus zegt dit heel scherp wanneer hij schrijft: “Al verkocht ik mijn bezittingen omdat ik voedsel aan de armen wilde geven, al gaf ik mijn lichaam prijs en kon ik daar trots op zijn – had ik de liefde niet, het zou mij niet baten” 1 CORINTHIËRS 13:3.
Zo is het uitdelen van wat je bezit zonder liefde, ‘inhoudloos’ het heeft niets te zeggen. Het is niet meer dan je eigen leegte of die van een ander opvullen. Ons leven, onze identiteit, wat we van God ontvangen hebben is een geschenk van liefde, voor jezelf en voor de ander, maar tevens een rijk bezit. Een bezit waar we goed mee om moeten gaan, zowel naar onszelf als naar de ander toe.
‘Op de markt is je gulden een daalder waard!’ Deze uitspraak moet ons naar de markt lokken, omdat je daar ‘meer waar’ voor je geld krijgt, zeggen ze. Mijn gedachte was, zou dat in geestelijk opzicht ook zo zijn?
Zijn we in de gemeente meer waard, dan we aan ‘eigenlijke inhoud’ - wie en wat we zijn - met ons meedragen? Is het zo dat we de ander 'uitnemender achten dan onszelf?' Of moeten we het doen met de uitspraak: ‘Wie voor een dubbeltje geboren is, wordt nooit een kwartje?'
Er zijn veel mensen, die nooit dat kwartje kùnnen worden, omdat we een uitgesproken mening hebben over die ander. Wij hebben op z’n tijd zo onze eigen meningen, oordelen en gedachten over anderen. En, zeg nou zelf, brengt ons dat dichter bij elkaar? Ach, we weten wel beter, ja toch!
Ben jij in andermans ogen, ook in de kerk, meer waard dan in de wereld? In Gods ogen wel! Want op de ‘rand’ van jouw leven staat: “God zij met ons”. Wat een geweldige belofte voor een ieder van ons als het leven niet zo verloopt als we gehoopt of verwacht hadden. Als God voor ons is, wie zal tegen ons zijn? Zal de mening of het vooroordeel of hoe de ander naar ons kijkt daar iets aan kunnen veranderen? Nee, gelukkig niet, dat is onmogelijk. Wat een troost!
God weet iedereen wèl op de juiste waarde in te schatten en te waarderen. Wat een zekerheid en rust kan dat geven. Ook al zitten we als ‘menselijke muntstukken’ - vergeef me de uitspraak - niet altijd in dezelfde portemonnee (kerk), één ding is zeker: hoe onze wegen ook gaan, wij gaan samen in alle gevallen door, met Gods getuigenis in ons hart. Want op de rand van ons leven staat voor altijd onuitwisbaar gegraveerd “God zij met ons”. Ervaar jij al wat je waard bent in Gods ogen?
“Roem en rijkdom zijn van u afkomstig, u heerst over alles. In uw hand liggen macht en kracht besloten, u beslist wie groot en machtig is. Daarom danken wij u, onze God, en prijzen wij uw luisterrijke naam” 1 KRONIEKEN 29:12-13.