Spreken is zilver en zwijgen is goud, is een bekend gezegde, maar kunnen we dit met de Bijbel in de hand wel verdedigen?
Gebed “HERE, help mij niet te snel te spreken; zorgt U ervoor dat geen verkeerd woord over mijn lippen komt” PSALM 141:3.
Je had nog zo beloofd het niet verder te vertellen, en nu ligt het verhaal van die ander zomaar op straat. Wie kent het niet dat hij zijn mond voorbij praat? Hoe vaak gebeurt het niet dat je op verjaardagen andermans verhalen moet aanhoren? Of hoe vaak worden we zelf verleidt om de slechte daden van iemand ook maar breed uit te lichten. Roddel noemen we dit. Is dit alleen van deze tijd? Wie een beetje mensenkennis heeft zal weten dat dit al een eeuwenoud probleem is. We zijn allemaal op zijn tijd wel eens loslippig. Dit te weten maakt het gebed van David heel begrijpelijk. Was hij dan los van lippen? Ik denk het niet. Maar de valse beschuldigingen brachten hem ook in de verleiding om verkeerde dingen over de ander te vertellen.
Dit gebed: HERE, help mij niet te snel te spreken”, is daarom zo herkenbaar. David wilde zorgvuldig met de ander maar ook met zijn eigen teleurstellingen omgaan. Natuurlijk werd hij geraakt door de woorden en daden van anderen. En wanneer hij niet acht gaf, zou hij heel snel naar hetzelfde peil kunnen afzakken. Daar wil hij tegen vechten. Vandaar zijn hulpvraag richting God; ‘Heer wilt U mijn hart bewaken’. Hij wist hoe kwetsbaar hij was, want slechte daden beginnen altijd met slechte verlangens. We kunnen niet altijd uit de buurt van het kwade blijven. Wat dit betreft verkeren we allemaal in dezelfde positie. Want we kunnen ons niet onttrekken aan de boze overleggingen van anderen óf van onszelf. Daar moet je goed mee omgaan.
En die verandering moet van binnenuit komen. Je hoeft niet zo te zijn als die ander. Toon maar eens wat positieve vechtlust tegen al je aanklagers. Moet ik dan alles maar slikken? Mag ik dan niemand veroordelen? Ik zou zeggen, wanneer je hiervoor in de Bijbel aanwijzingen vindt, dan is het gelijk aan jouw kant. Maar David wilde niet terugvechten uit een verkeerde houding. Hij kende Gods aanwijzingen. Hij betaalde niet met gelijke munt, maar had een ander Betaalmiddel ontdekt. Hij schakelde God in, want die was zijn Beschermer. God zou hem wijsheid geven, een Helper zijn, die waakte over de deuren van zijn lippen. De macht van de tong is groter dan we denken. Lees hier JACOBUS 3:1-12 maar eens op na.
Belofte “Vooruit, zoek niet langer naar uitvluchten. Doe wat Ik u heb opgedragen. Ik zal u helpen met spreken en u vertellen wat u moet zeggen” EXODUS 4:12.
Hier gaat het om een ander verhaal, over Mozes die een opdracht van God kreeg. Hij moest naar de Farao gaan om hem te vertellen dat hij Gods volk haar vrijheid moest teruggeven. Je zou denken wat geweldig, maar Mozes bedacht allerlei uitvluchten, hij had er niet zo’n trek in. En zijn tegenzin had natuurlijk te maken met het feit dat hij in het verleden niet zo handig was omgesprongen met zijn machtspositie. Hij voorzag hierdoor enorme moeilijkheden bij zijn volksgenoten. Hoe zouden de mensen reageren? Dat maakte hem tot een zwijgzame man. Nee, Mozes hield het liever voor gezien, laat het een ander maar doen. Heer, ‘ontsla me maar van die opdracht’, was zijn gebed.
Maar hoe dacht God hierover? Was Die het met hem eens? Gelukkig, God keek heel anders naar dit probleem. Kijk, dat Mozes wat hulp nodig had, natuurlijk, maar al die uitvluchten? En God daagde Mozes uit om zijn mond te openen om eindelijk eens te gaan doen waar Hij hem al die jaren voor bestemd had. Zo kwam God Mozes tegemoet door te zeggen; ‘Ik zal je duidelijk maken wát je zeggen moet, dus houd op met je te verontschuldigen en ga aan de slag’. Mozes wilde zich verstoppen achter zijn zwakheid maar God zei; ‘niet doen, Ik zal je helpen’.
Spreken is zilver en zwijgen is goud. Een bekend spreekwoord, maar past dit wel in het Bijbelse denken? Ik ben veel eerder geneigd om te zeggen; ‘zwijgen is zilver maar spreken is goud’. Wanneer God je roept dan is het goed om je zwakke kanten aan Hem te laten zien maar, misbruik het niet. Dat is gebrek aan vertrouwen. God wil ons leren om Hem te vertrouwen en daar gebruikt Hij onze zwakheden voor. Wie dit beseft weet zich geborgen in Zijn belofte: “Ik zal met je zijn”.