Door gena zijn wij behouden.
Dat is voor ons een feit.
En niet door eigen werken,
’t is ons door God bereid.
Ook maakt God ons het duid’lijk,
dat wij zijn tempel zijn,
waarin Hij zelf wil wonen.
Dit maakt mij need’rig, klein …
Want onder alle Goden,
is er niet één als U.
Uw werken zijn voor ééuwig,
bestendig, toen en nu.
© Maria Riksten-Brouwer